Varied punishments in Emerald case / Gevarieerde straffen in onderzoek Emerald

Varied punishments in Emerald case

Philipsburg – On April the 17th 2018 the Court of First Instance of Sint Maarten sentenced five residents for deliberately not on time, inaccurate and / or incomplete filing of the income tax and the tax on the company turnover.

Emerald research
The persons that are sentenced today are five of the seven persons summoned for the first series of meetings in the Emerald investigation, which is about the turnover and profit achieved with businesses that are sole proprietorship. On February 22th 2018 the Court of First Instance already ruled on the cases of the two other suspects. One was sentenced to a community service of 120 hours and a conditional prison sentence of 6 months and the other to a community service of 240 hours and a conditional prison sentence of 12 months.

Starting point for the penalty
The Court of First Instance maintains the principle used in the previous rulings that an unconditional prison sentence, as required in all cases by the public prosecution service, only qualifies in exceptional cases. The Court understands the demand in part (there has been tax evasion on a large scale and that weighs heavy on the interests of the community, especially now that it tries to overcome the devastating effects of Irma), but deviates from this due to the strict requirements for imposition of an unconditional prison sentence. In this context, it is important that the Caribbean has rarely seen a suspect that has been brought before the criminal court for tax fraud. The fact that the tradition of non-prosecution has now been broken, may mean that an unconditional prison sentence will be a starting point in the future. However, at the time of tax evasion in these cases the tradition still existed.

No unconditional prison sentence for four suspects
According to the Court of First Instance there is no question of an exceptional case in four of the five cases. Almost all the suspects have a blank criminal record and it is plausible that they have only kept a fraction of the money for themselves. They are sentenced for community service sentences ranging from 180 hours to 240 hours, in combination with conditional prison sentences ranging from 6 to 12 months.


Unconditional custodial sentence for parliamentarian
In the case of the member of parliament, the Court finds otherwise. The Court considers it incomprehensible and unacceptable that he did not take accountability of the tax fraud. On the one hand, he enjoys a generous income as a member of parliament. On the other hand, at the public hearing, he refused to explain to the community how he has incurred the considerable tax fraud that has disadvantaged the same community. Despite earlier promises to be open about the case, this parliamentarian consistently relied on his right to remain silent. He gave, in contradistinction to the others, no insight into his actions, let alone that he had expressed his regret. There are also strong indications that he is more to blame than the other suspects. Therefore we are speaking about an exceptional case. After considering everything, the Court of First Instance came to the conclusion that a prison sentence of 18 months, of which 15 months was conditional, and the maximum work penalty of 240 hours had to be imposed.
============================

Gevarieerde straffen in onderzoek Emerald

Philipsburg – Het Gerecht in eerste aanleg van Sint Maarten heeft op 17 april 2018 vijf inwoners veroordeeld voor het opzettelijk niet op tijd, onjuist en/of onvolledig doen van aangiften van de inkomstenbelasting en de belasting op de bedrijfsomzetten.

Onderzoek Emerald
De personen die vandaag veroordeeld zijn, zijn vijf van de zeven personen die zijn gedagvaard voor de eerste reeks zittingen in het onderzoek Emerald, waarbij het draait om de omzet en winst die met eenmansbedrijven werden behaald. Op 22 februari 2018 deed het Gerecht al uitspraak in de zaken van de twee andere verdachten. De een werd veroordeeld tot een werkstraf van 120 uur en een voorwaardelijke gevangenisstraf van 6 maanden en de ander tot een werkstraf van 240 uur en een voorwaardelijke gevangenisstraf van 12 maanden.

Uitgangspunt voor de strafmaat
Het Gerecht handhaaft het in de eerdere uitspraken gehanteerde uitgangspunt dat een onvoorwaardelijke gevangenisstraf, zoals in alle zaken is geëist door het openbaar ministerie, alleen in uitzonderlijke gevallen in aanmerking komt. Het Gerecht begrijpt de eis ten dele (er is op grote schaal belasting ontdoken en dat raakt de belangen van de gemeenschap hard, zeker nu die de verwoestende werking van Irma te boven probeert te komen), maar wijkt daarvan af vanwege de strenge eisen die aan oplegging van een onvoorwaardelijke gevangenisstraf worden gesteld. In dat verband is van belang dat het in de Cariben zelden is voorgekomen dat een verdachte voor alleen belastingfraude voor de strafrechter is gebracht. Dat de traditie van niet-vervolging nu is doorbroken, betekent wellicht dat in de toekomst een onvoorwaardelijke gevangenisstraf als uitgangspunt zal gaan gelden. Op het moment van de belastingontduiking in deze zaken bestond de traditie echter nog.

Geen onvoorwaardelijke gevangenisstraf voor vier verdachten
In vier van de vijf zaken is volgens het Gerecht geen sprake van een uitzonderlijk geval. De verdachten hebben nagenoeg allen een blanco strafblad en het is aannemelijk dat zij slechts een fractie van het geld voor zichzelf hebben gehouden. Zij worden veroordeeld voor werkstraffen, variërend van 180 uur tot 240 uur, in combinatie met voorwaardelijke gevangenisstraffen, variërend van 6 tot 12 maanden.

Onvoorwaardelijke vrijheidsstraf voor parlementariër
In de zaak van de parlementariër oordeelt het Gerecht anders. Het Gerecht acht het onbegrijpelijk en onaanvaardbaar dat hij geen rekening en verantwoording heeft afgelegd over de belastingfraude. Aan de ene kant geniet hij als volksvertegenwoordiger een riant inkomen. Aan de andere kant weigert hij op de openbare zitting de gemeenschap uit te leggen hoe hij tot de aanzienlijke belastingfraude is gekomen waardoor diezelfde gemeenschap is benadeeld. Ondanks eerdere toezeggingen om opening van zaken te geven beriep deze parlementariër zich consequent op zijn zwijgrecht. Hij gaf, in tegenstelling tot de anderen, ook geen inzicht in zijn handelen, laat staan dat hij zijn spijt heeft betoond. Er zijn bovendien sterke aanwijzingen dat hem meer te verwijten valt dan de overige verdachten. Daarom moet worden gesproken van een uitzonderlijk geval. Na alles te hebben afgewogen, is het Gerecht tot de conclusie gekomen dat hem een gevangenisstraf van 18 maanden, waarvan 15 maanden voorwaardelijk, en de maximale werkstraf van 240 uur moet worden opgelegd.

This site uses Akismet to reduce spam. Learn how your comment data is processed.

%d bloggers like this: